“IK DOE KEIHARD MIJN BEST, WAT VERWACHT JE NOG MEER VAN MIJ?”
Achter mijn gebrul schuilde een diep verdriet en onmacht. Maar dat kon ik op dat moment nog niet zien.
We zitten ergens in 2013. Ik ben op dat moment: partner van een prachtig mooie, ambitieuze, maar dodelijk vermoeide vrouw. Papa van twee kleine kinderen, waarvan ééntje weigert om te slapen. Bouwheer van een typisch Vlaams-modernistische verkavelingswoning met zwarte aluminum ramen én gietvloer, en ook mede-oprichter en CEO van een snel groeiende software start-up in het centrum van Antwerpen.
De aanleiding van de ruzie was ongetwijfeld iets banaals. Meer dan waarschijnlijk over de manier waarop het bestek in de vaatwas geladen was, of dat het karton -weeral- niet platgedrukt in de papierbak was gegooid.
Maar het kwaad was geschied: alle opgekropte spanning, onderhuidse frustratie, niet uitgesproken angsten en weggedrukte verlangens spatten als een vat buskruit uit elkaar. Mijn partner kreeg de volle laag.
- “Ik moet er zijn voor de klanten, ik moet er zijn voor de medewerkers, de boekhouding moet afgewerkt worden, dat grote project loopt scheef, ik moet de kamers van de kinderen nog schilderen,…” Met heel veel drama kotste ik alle frustratie uit: alle grote en kleine monkeys op mijn schouder; alle taken, klusjes, projecten en verantwoordelijkheden in mijn rugzak…
—
Het is de grote paradox van “de provider”. Ik wilde een goede vader zijn en zorgen voor het gezin. In mijn hoofd betekende dat dat het bedrijf goed moest draaien, zodat er financiële stabiliteit zou zijn. Ik moest hard werken om de groei van het bedrijf te bestendigen en de cashflow positief te houden. Ik moest de klanten en medewerkers tevreden houden. Ik moest, ik moest, ik moest...
Wat ik te laat inzag, was dat ik als ondernemer wél de keuze had.
Ik kon wél kiezen voor balans met mijn gezin. Ik kon wél dingen uit handen geven aan collega’s. Ik kon wél kiezen om niet zo snel te groeien. Ik kon wél besluiten dat een klant verliezen niet het einde van de wereld was.
Maar door halsstarrig vast te houden aan “ik moet”, of de idée-fixe dat alleen ik alles kon oplossen, verwaarloosde ik elk ander aspect van mijn leven.
Daardoor bleef er - tragisch maar niet verwonderlijk - niet veel tijd over om met mijn gezin te spenderen. Ik zat in die periode zo in de mallemolen dat ik helemaal meegesleept werd. Ik voelde de emotionele nood van mijn gezin niet en ving de signalen niet op dat mijn vrouw zich eenzaam voelde. Ik was blind voor de "ziels"-kant van het verhaal.
En het sprookje liep dan ook niet goed af…
—
Tegenwoordig probeer ik “ik moet…” te vervangen door “ik kies ervoor om…” . En dat is vaak een heel confronterende oefening.
- “Ik kies ervoor om deze avond door te werken in plaats van met jou naar de film te gaan.”
- “Ik kies ervoor om naar die meeting van 8h30 te gaan in plaats van de kinderen naar school te brengen.”
- “Ik kies ervoor om mails te checken in plaats van een gesprek te voeren.”
- …
Uiteraard is het prima om voor je carrière te gaan, of om die heerlijke drive en passie te voelen voor je onderneming. Maar ik pleit ervoor om elke keuze bewust te maken. Zodat je een balans kan vinden tussen werk, gezin, je geliefde en tijd voor jezelf…
Zodat je geen enkel aspect van je leven vanzelfsprekend vindt.
Koen
PS: Ik besef nu dat het antwoord op mijn vraag aan het begin van dit verhaal pijnlijk eenvoudig was: “Ik wil dat je er bent, Koen. Ik wil dat je HIER bent…”